100 Zuiderzeeballade

Syvian Poons en Oetze Verschoor Jan Lemaire en Godert van Colmjon
Opa kijk ik vond op zolder
’n Foto van een ouwe boot
Is dat nog van voor de polder
Van die ouwe vissersvloot?

Jochie dat is een gelukkie
’k Was dat prentje jaren kwijt
’k Heb nou weer een heel klein stukkie
Van die goeie ouwe tijd

Daar is het water, daar is de haven
Waar je altijd horen kon: We gaan aan boord
De voerman laat er nou paarden draven
En aan de horizon leit Emmeloord
Eens ging de zee hier te keer
Maar die tijd komt niet weer
Zuiderzee heet nou IJsselmeer
Een tractor gaat er nou greppels graven
’k Zie tot de horizon geen schepen meer

Kijk, die jongeman ben ikke, ja
Ikke was de kapitein!
Hiero, en die grote dikke
Dat moet malle Japie zijn!

Opa, en die blonde jongen
Vooraan bij de fokkeschoot?
...
Opa, zeg nou wat!
Die jongen, is je ome: Die is dood

In ’t diepe water, ver van de haven
In die novembernacht voor twintig jaar
Door ’t brakke water is hij begraven
Maar als ’k nog even wacht, zien wij elkaar
Toen ging de zee zo te keer in een razend verweer
Ongestraft slaat niemand haar neer
Nu jaren later hier paarden draven
Zie ik de hand en macht van onze Heer

Waar is het water, waar is de haven
Waar j ’altijd horen kon: We gaan aan boord
De voerman laat er nou paarden draven
En aan de horizon leit Emmeloord
Eens ging de zee hier te keer
Maar die tijd komt niet weer
’t Water leit nou achter de dijk
Waar eens de golven het land bedolven
Golft nou een halmenzee
De oogst is rijk
© 1960 Tekst: Willy van Hemert Muziek: Joop de Leur